De woningnood is voelbaar in heel Nederland – en ook in onze eigen gemeente Eersel. Jongeren, starters, mensen met een lager inkomen of wie na een scheiding snel een nieuw thuis zoekt, staan steeds vaker met lege handen. De motie “Woonstudio’s”, die door de gemeenteraad van Eersel is aangenomen, is een stap in de goede richting. Het raadsvoorstel dat daaruit voortkomt stelt nu voor geen generieke regels vast te stellen voor woningen onder de 50m², maar maatwerk per doelgroep en locatie mogelijk te blijven maken.
Ik ben voorstander van het uitvoeren van deze motie – en dus tégen te strakke regels die woonstudio’s belemmeren.
📌 Wat staat er in het raadsvoorstel?
Het college van B&W stelt voor om géén generiek beleid te maken dat kleine woningen (onder de 50m²) mogelijk maakt, vanwege zorgen over woonkwaliteit en leefbaarheid. In plaats daarvan wil men vasthouden aan maatwerk – uitzonderingen op projectbasis, afhankelijk van doelgroep en locatie.
Hoewel dat op papier redelijk klinkt, zijn wij van mening dat de redeneringen in dit voorstel te algemeen en onvoldoende afgestemd zijn op de realiteit van Eersel.
🌍 Waarom vóór de motie
1. Te algemene bezwaren, geen maatwerk voor Eersel
Het raadsvoorstel verwijst naar landelijke onderzoeken en stedelijke situaties (zoals Rotterdam) die niet representatief zijn voor de Kempische context. Eersel is geen grootstedelijke regio met hoge dichtheden en druk op leefomgeving. Juist door de kleinschaligheid van onze dorpen kunnen wij wél flexibel omgaan met kleinschalige woonvormen. De angst voor “massale concentraties van kleine woningen” is in Eersel eenvoudig te ondervangen met heldere ruimtelijke kaders.
2. Woonstudio’s bieden kansen voor urgente doelgroepen
Starters, alleenstaanden, gescheiden mensen, arbeidsmigranten – ze vormen een groeiende groep die simpelweg een dak boven hun hoofd zoekt. Studio’s tussen de 24 en 50m² kunnen hier een praktische, betaalbare oplossing voor zijn. Niet iedereen heeft meteen 70m² en een tuin nodig. Veel mensen willen gewoon beginnen, vooruitkomen, of tijdelijk een nieuwe start maken.
3. Geen kwaliteit zonder aanbod
Het argument dat kleine woningen een lagere woonkwaliteit bieden is niet nieuw – maar wél eenzijdig. Wat als de keuze is tussen een kleine woning of géén woning? Dat is de realiteit voor steeds meer mensen. Geen woonruimte is geen kwaliteit. Kwaliteit ontstaat niet alleen uit vierkante meters, maar uit goed doordachte ontwerpen, sociale inbedding, en – vooral – het bieden van perspectief.
4. Flexibiliteit en variatie horen bij moderne woningbouw
Ik geloof in het principe: “de juiste woning op de juiste plek voor de juiste doelgroep”. We moeten ruimte bieden voor innovatieve woonvormen, zoals tiny houses, rug-aan-rugwoningen of studio’s in het middensegment. Starre minimumafmetingen zorgen juist voor minder variatie en minder betaalbaarheid.
✅ Onze oproep: geef vertrouwen, geen beperkingen
Het voorstel dat nu voorligt zegt: “We zijn bang dat het uit de hand loopt.” Wij zeggen: “Geef vertrouwen aan de markt, aan de corporaties, aan de inwoners.” Door duidelijke voorwaarden te stellen kunnen we sturen op kwaliteit én flexibiliteit, zonder te vervallen in belemmerende kaders die waardevolle initiatieven in de kiem smoren.
Dit raadsvoorstel geeft precies aan waarom de woningnood in Nederland niet opgelost wordt.
Laten we bouwen aan een gemeente waar iedereen een plek kan vinden – ook wie klein begint.
